1. | Verwijder de aandrijfriem. |
2. | Tap de motorkoelvloeistof af. |
3. | Demonteer de waterpomppoelie. |
4. | Verwijder de vijf bouten die de waterpomp borgen, verwijder daarna de waterpomp (A).
|
5. | Inspecteer en maak de groef van de O-ring en het hechtoppervlak met het motorblok schoon. |
6. | Monteer de waterpomp met een nieuwe O-ring (B) in omgekeerde volgorde als bij het verwijderen.. |
7. | Monteer de waterpomppoelie. |
8. | Breng de aandrijfriem aan, en stel de riemspanning af. |
9. | Verwijder eventueel gemorste koelvloeistof. |
10. | Vul de radiateur opnieuw met motorkoelvloeistof en ontlucht het koelsysteem met de verwarmingsklep open. |