1. | Sluit het Honda Diagnosesysteem (HDS) aan op de datalinkstekker (DLC). |
2. | Zet de contactschakelaar AAN (II). |
3. | Let erop dat de HDS communiceert met de auto en de ECM. Indien dit niet het geval is, controleer dan het DLC circuit. |
4. | Start de motor. Handhaaf het motortoerental op 3.000 omw/min (min-1) onbelast (in vrijstand) totdat de koelventilator aanslaat en laat hem dan stationair draaien. |
5. | Controleer het stationair toerental. |
6. | Selecteer de ‘‘SCS'' modus met behulp van de HDS. |
7. | Sluit de timerlamp aan op de kabelboom van bobine no. 1 voor.
|
8. | Richt de lamp op de markeringen (A) op het nokkenaskettingdeksel. Controleer het ontstekingstijdstip onbelast (koplampen, aanjagerventilator, achterruitverwarming en airco mogen niet in bedrijf zijn).
|
9. | Als het ontstekingstijdstip niet overeenkomt met de specificatie, controleer dan de noktiming. Als de noktiming in orde is, werk dan de motorregeleenheid (ECM) bij als deze niet de meest recente software heeft, of vervang deze met een beslist-goede ECM, en controleer opnieuw. Als het systeem naar behoren werkt en de ECM tijdelijk was vervangen, vervang dan de originele ECM. |
10. | Maak de HDS en de timerlamp los. |